Code 2
HIMBERGEN KANARIEMENGELING KWEEK/RUI
Basismengeling voor kanaries te gebruiken tijdens kweek- en ruiperiode.

Bij het samenstellen van een mengsel van zaden voor kanaries moeten we rekening houden met de volgende factoren:

 

1. De zaden moeten "bek-eigen" zijn aan de vogelsoort. Bij kanaries komen hiervoor o.a. de volgende zaadsoorten in aanmerking: witzaad, gepelde haver, raapzaad, negerzaad, hennepzaad en lijnzaad. In onderstaande tabel is de chemische samenstelling van deze zaden weergegegeven:

 


zaadsoort          vocht% ruw    ruw     ruw    ruwe       overige

                                    as%  eiwit% vet%  celstof% koolhydraten%


Zetmeelrijke zaden  

witzaad              12,8     4,7     15,1     6,1       5,3        56,0 

gepelde haver     10,6     1,8     13,9     8,0       1,5        64,2 

 

Vetrijke zaden

raapzaad             7,5      4,5    20,0    42,6       7,6       17,8

negerzaad           6,6      3,9    20,7    42,2      13,5       13,1

hennep                8,7      4,8   19,5    32,1      16,9       18,0

lijnzaad               9,4      5,3    21,5   34,2        7,3       22,3


Ofschoon de gehaltes van de afzonderlijke zaden verschillen, kan iedere vogelliefhebber zien, dat witzaad en gepelde haver (= zetmeelrijke zaden) een lager eiwit- en vetgehalte hebben dan de zogenaamde vetrijke zaden. De zetmeelrijke zaden daarentegen hebben een hoger gehalte aan koolhydraten (zetmeel).

Deze verschillen in samenstelling hebben tot gevolg, dat de energiewaarde van de vetrijke zaden hoger is dan de hier genoemde zetmeelrijke zaden. Bij het samenstellen van een zaadmengsel moeten we hiermee ter dege rekening houden; zie ook punt 2 en punt 3.

 

Het eiwit van elke zaadsoort is opgebouwd uit een aantal aminozuren. De onderlinge verhouding van aminozuren (aminozuurpatroon) verschilt echter per zaadsoort. Door het mengen van zaden verkrijgen we een hoogwaardiger voedingseiwit (aminozuurpatroon), dat beter aan de voedingsbehoefte van de kanarie tegemoet komt.

Ook de variatie van sporenelementen wordt groter.

 

2. De samenstelling moet zijn afgestemd op de periode waarin de vogel leeft: kweek, rui en rust.

In kweek- en ruitijd is de behoefte aan een gevarieerd voedingseiwit groter dan in de rusttijd, omdat er groei moet plaatsvinden. In de kweektijd zien we binnen enkele maanden de jonge vogels in het nest uitgroeien tot een volwassen vogel, terwijl in de ruitijd het eiwit uit de voeding wordt omgezet in nieuw te vormen veren.

Om deze groei tijdens kweek en rui mogelijk te maken, moeten ook voldoende energiestoffen (koolhydraten, vetten) worden opgenomen voor de diverse levensverrichtingen (zoals vliegen, broeden, zaadjes pellen, de jongen voeren, de lichaamstemperatuur op peil houden etc)

In de rusttijd is de eiwitbehoefte minder groot. De behoefte aan enrgiestoffen (koolhydraten, vetten) is afhankelijk van de huisvestingsomstandigheden tijdens deze periode: zie punt 3.

 

3. De huisvestingsomstandigheden tijdens de diverse leefperioden zijn bij iedere vogelliefhebber verschillend:

- temperatuur: binnen verwarmd, binnen onverwarmd, buiten.

- ruimte: grote voliere buiten, kweekkooi binnen, TT-kooi.

 

Kanaries die in de rusttijd buiten zijn gehuisvest, moeten een grotere reserve aan energiestoffen in de vorm van een onderhuidse vetlaag moeten aanleggen om de koude winterperiode te kunnen doorstaan. Kanaries daarentegen die in dezelfde rustperiode binnen in een verwarmde omgeving zijn gehuisvest (bijv. in een TT-kooi) mogen minder vetrijk voedsel opnemen.. Zouden ze dit wel doen dan is een overmatige vetaanzet hiervan het gevolg.

 

Op grond van bovenstaande overwegingen hebben we voor de verzorging van kanaries 2 verschillende zaadmengels:

Code 2 Himbergen zaadmengsel voor kanaries kweek/rui met 17,4% ruw eiwit en 22,9 % vet.

Code 14 Himbergen zaadmengsel voor kanaries rust met 17,1% ruw eiwit en 20,8% ruw vet. (Voor meer informatie: zie onder Code 14)

 

Himbergen Zaadmengsels hebben een constante samenstelling en worden nooit naar prijs gemengd.. Het vervangen van zaadsoorten (bijv. witzaad of negerzaad) bij een tijdelijke verhoging van de marktprijzen mag niet leiden tot het minder verstrekken of in z'n geheel vervangen ervan door andere zaadsoorten.

Per kilogram zou het zaadmengsel wellicht iets goedkoper zijn, maar de kanaries zullen meer morsen. Uiteindelijk is de vogelliefhebber toch duurder uit en de vogels hebben niet in hun voedingsbehoefte kunnen voorzien.